Beelden in bioscoopstijl met de Canon EOS C300 Mark II
Om hun gelaagde, emotioneel geladen verhaal naar het scherm te brengen gebruikten Pernille en cinematograaf Ben Bernhard meerdere camera's. Hierdoor konden ze verschillende opstellingen flexibel inzetten, en bereikten ze een consistente, cinematografische look.
"Ik werk graag met meerdere camera's, zodat we meer mogelijkheden hebben in verschillende situaties", zegt Pernille. "We waren in operatiekamers en bij mensen thuis. Dat ligt gevoelig, dus we wilden het mooi in beeld brengen. De Canon EOS C300 Mark II, de Canon EOS C200 en de verschillende Canon-objectieven bieden een bioscoopgevoel. De Canon EOS C300 Mark II is een camera die bioscoopkwaliteit levert; de zachtheid in de textuur van de beelden is ongelooflijk."
De Canon EOS C300 Mark II werd aangevuld met de kleinere Canon EOS C200, die ideaal was voor gebruik op een gemotoriseerde gimbal. Deze camera beschikt ook een hoge framerate van 120 fps (in Full HD) en de mogelijkheid om RAW-opnamen te maken, en dat zorgde voor flexibiliteit bij de nabewerking. "We kozen voor de Canon EOS C200 omdat we super slow motion wilden gebruiken," verklaart Pernille. "Slow motion geeft een getextureerde, sensuele look aan een klinisch onderwerp. Daardoor kruip je echt onder de huid van het publiek en laat je mensen dingen voelen."
Voor de toon van de film heeft het team zich laten inspireren door de look en feel van Scandinavische politieseries en Nordic Noir. "Je ziet hoe donker het is, maar tegelijkertijd is het beeld fraai en aantrekkelijk," zegt Pernille. "Als filmmaker vind ik het geweldig om die tegenstellingen te combineren. Daardoor komt de schoonheid echt naar voren."
Omdat de cinema-camera's van Canon zo goed presteren bij weinig licht kon Ben de meeste opnamen maken met ISO1600, en hoefde hij alleen in extreme gevallen ISO3200 te gebruiken. Hij had er alle vertrouwen in dat de schaduwgebieden niet te veel ruis zouden vertonen. Dat was een belangrijke overweging, omdat opvallende licht- en schaduwpartijen belangrijk waren in de visuele stijl van de film.
"Om het idee achter de film te benadrukken, besloten we dat hem niet te sterk moesten belichten," aldus Pernille. "We pakten het meer cinematografisch aan, en schoten beelden waarbij dingen in de schaduwen verborgen bleven om het mysterieuzer te maken. De duisternis was onze vriend."