Toen documentairefotografe Bebe Blanco Agterberg 12 was, verscheen haar moeder, die tijdens de dictatuur van Generaal Francisco Franco in Spanje was geboren maar later in Nederland geadopteerd en opgevoed werd, in een Nederlands tv-programma dat mensen helpt herenigen met hun biologische familie. Bebe's moeder had nooit over haar verleden kunnen praten, simpelweg omdat ze, tot ze met haar familie herenigd was, nooit wist wat er met haar gebeurd was – of waarom.
De ervaring van haar moeder had duidelijk invloed op Bebe. De afwezigheid die we met informatie proberen op te vullen en het reconstructieproces zouden later een terugkerend thema worden in Bebe's werk, misschien wel het meest prominent in A Mal Tiempo, Buena Cara (In slecht weer, een goed gezicht). Het onderwerp van dit documentaireproject, gefotografeerd in zwart-wit, was de overgangsperiode in Spanje na de dood van Franco in 1975 en onderzocht hoe 'vergeten' gebruikt werd als politiek instrument tijdens de overgang van het land naar democratie.
Bebe Blanco Agterberg: Een fotografiestijl ontwikkelen
Een eigen look vinden
Bebe's traject van student naar documentairefotografe was niet gemakkelijk. Ze studeerde twee jaar toegepaste fotografie en communicatie in Nederland voor ze besefte dat ze zich wilde toeleggen op het maken van verhalen, waarna ze overstapte naar de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. "Ik moest alles veranderen wat ik eerder had geleerd", legt ze uit. "De nadruk lag minder op de uiteindelijke foto, en meer op het proces en wat je nodig hebt om je verhaal te vertellen."
Bebe begon haar stijl te verfijnen tijdens haar studie, met name tijdens een excursie naar Servië, toen ze in slechts één week een project moest opzetten. "We hadden tijd om onderzoek te doen, maar we moesten het binnen vier dagen fotograferen. Het was een heel intense opdracht", zegt ze.
Het resultaat was Herocity, een serie waarin wordt onderzocht hoe het de Servische stad Novi Sad vergaat, 43 jaar nadat deze in 1975 door de Federale Republiek Joegoslavië de titel 'Stad van Helden' kreeg. "Ik twijfelde of ik er echt op een fotojournalistieke manier voor moest gaan of dat ik de regels een beetje kon ombuigen", zegt Bebe. "Ik was daar een beetje bang voor – ik had het gevoel dat ik in een hokje moest passen. Het voornaamste thema werd atrofie, waarbij de stad als metafoor werd gebruikt. Het was de eerste keer dat ik afstapte van de klassiekere documentaire-aanpak."
Heb je Canon-apparatuur?
Deelname aan het Canon Student Development Programme was ook van onschatbare waarde om Bebe te helpen haar fotografie naar een hoger niveau te tillen. "Het was echt fijn om andere studenten van verschillende scholen te ontmoeten. Ik heb veel mensen uit België ontmoet met wie ik nog steeds contact heb", zegt ze. "We hadden het over werk, maar ook over hoe je met bepaalde onderwerpen om kunt gaan, en over welke strategieën je kunt gebruiken. Het programma heeft ook een professionele kant, dus je maakt ook kennis met curators. Dat hielp enorm om me dat eerste zetje in het beroepsveld te geven."
Machtsstrijd: politiek, media en mensen
Bebe is altijd al gefascineerd geweest door de relatie tussen de politiek, de media en de mensen - hoe de drie tegengestelde krachten elkaar voeden maar ook in een voortdurende machtsstrijd zijn verwikkeld. Haar eigen projecten zijn vaak geïnspireerd door iets in de media dat als een soort trigger werkt.
"Ik hecht veel belang aan wat waarheid in deze tijd betekent, maar ik geloof niet dat feiten de enige manier zijn om tot een waarheid te komen", zegt ze. "Ik denk dat er ook veel kracht zit in mondelinge geschiedenis en openheid in gesprek.
"Ik ben geïntrigeerd door systemen die als waarheid worden gepresenteerd", voegt ze eraan toe. "Ik ben geen academicus, ik ben een maker, dus ik gebruik fotografie als onderzoekstool. Ik werk ook vaak samen met wetenschappers en schrijvers. Na het onderzoek moet ik fysiek zien wat er is, en ook daar komt mijn camera om de hoek kijken."
Bebe fotografeert al haar projecten met een Canon EOS 5D Mark III (inmiddels opgevolgd door de Canon EOS 5D Mark IV), maar wisselt tussen verschillende objectieven. "Ik gebruik de Canon EF 50mm f/1.4 USM, de Canon EF 35mm F1.4L USM [inmiddels opgevolgd door de Canon EF 35mm f/1.4L II USM] en ik heb altijd een zoomobjectief bij me – de Canon EF 24-70mm f/2.8L II USM – en een reportageflitser, de Canon Speedlite 430EX III-RT."
Bebe zegt dat het lichte gewicht van haar uitrusting essentieel is om snel en efficiënt te kunnen werken. "Ze zijn ook gemaakt van heel stevige materialen, en ik ben niet de meest voorzichtige persoon ter wereld, dus dat is heel belangrijk voor mij", zegt ze. "Deze uitrusting is ook geschikt voor verschillend licht en tijdens slecht weer. Ik werk 's avonds vaak ook nog, dus daarvoor is hij ook geweldig."
Werk en studie combineren: Emirkan Cörüt
Experimenteren met kunstlicht
Kunstlicht is een opvallend kenmerk van Bebe's fotografie en geeft haar werk een bioscoopkwaliteit. Het was een techniek die ze gebruikte voor Actors Rule the World, een project dat zich richtte op Seventeen Moments of Spring, een Russisch tv-programma dat werd gemaakt om het werk van KGB-agenten te verheerlijken en nieuwe rekruten aan te trekken.
Het duurde echter even voor Bebe warmliep voor kunstlicht. "Toen ik jonger was, had ik een hekel aan flitsen. Ik vond dat de foto's er altijd hard en verbleekt uitzagen", zegt ze. Toen ze ouder werd, begon ze te experimenteren met nachtfotografie, waarvoor ze haar eerste flitser kocht. Maar pas toen haar vader haar een fotoboek van zijn eigen werk gaf, raakte ze echt geobsedeerd door kunstlicht.
"Het was een andere manier van werken met je camera", zegt ze. "Ik vond zijn foto's erg mooi en wilde dat gevoel in mijn eigen foto's oproepen. Door licht te bestuderen en goed te kijken naar beelden die worden gebruikt bij tv en films, werd ik beter."
Grenzen doorbreken
Ondanks de erkenning die ze tot nu toe heeft gekregen, zoals de Student SO Documentaire-prijs die in 2021 aan haar werd toegekend door de Nederlandse fotografievereniging DuPho, zegt Bebe dat haar kenmerkende stijl niet altijd in haar voordeel heeft gewerkt. "Mijn werk is heel specifiek en behoorlijk politiek, dus misschien ben ik soms wat moeilijk te definiëren voor iemand die opdrachten geeft. Waar ik wel profijt van heb met mijn specifieke stijl is dat veel mensen die naar me toe komen, willen werken aan langetermijnprojecten. En niet alleen uit de fotografie, maar ook van daarbuiten. Ze vinden het fascinerend om met een medium te werken dat ergens tussen documentaire en fictie ligt."
Bebe heeft een weloverwogen poging gedaan zich niet te veel zorgen te maken over hoe haar werk wordt gedefinieerd. "Ik worstel nog steeds met de vraag in welk hokje ik thuishoor, maar ik probeer dat nu op te geven, omdat ik denk dat het voor mij niet zo belangrijk is", zegt ze. "Ik werk nu aan een project met niet alleen fotografie, maar ook met geluid en video. Het worden gemengde media en wordt ook veel meer gepresenteerd als een reeks experimenten in plaats van een volledige, afgewerkte serie."
Als advies aan andere studentfotografen die in haar voetsporen willen treden, raadt Bebe aan je stijl te verfijnen, maar er ook voor te zorgen dat je er niet door beperkt raakt. "Experimenteer op school, maar denk niet dat wat je nu doet het enige is wat je daarna zou kunnen doen", zegt ze. "Een stijl hebben is geweldig, maar dat moet je combineren met het werk dat je doet. Je moet naar een verhaal kijken en denken, past de stijl waarin je nu werkt wel bij dat verhaal of moet je die een beetje aanpassen? Sommige elementen blijf je altijd gebruiken, maar het is ook goed om flexibel te zijn."