Het wijzigen van de sluitertijd op je camera is een manier om de algehele belichting van een foto aan te passen. Een aangepaste sluitertijd is ook handig bij creatief fotowerk. Je kunt hiermee namelijk de mate van bewegingsonscherpte in je foto's beïnvloeden en bepalen.
Hier lees je vijf tips om je te helpen de sluitertijd naar je hand te zetten en meer controle te krijgen over je actiefotografie, of je nu opnamen maakt bij een sportdag op school met een Canon EOS R100 (die een sluitertijd heeft van maximaal 1/4000 sec) of van wildlife met een Canon EOS R7 (die een korte sluitertijd van maximaal 1/16.000 sec biedt).
Werken met de sluitertijd onder de knie krijgen
Wat is sluitertijd?
De sluitertijd is de tijd dat de sluiter van de camera open blijft en dus hoe lang de sensor wordt blootgesteld aan licht. Hoe langer deze open is, hoe meer licht de sensor raakt en hoe helderder het beeld.
De sluitertijd is één kant van de belichtingsdriehoek, de drie factoren die de belichting van een foto bepalen. De andere twee factoren zijn het diafragma en de ISO-instelling. Met het diafragma wordt aangegeven hoe groot of klein de lensopening is, wat invloed heeft op de hoeveelheid licht die de sensor bereikt. De ISO-instelling bepaalt de gevoeligheid van de sensor voor licht. Zo krijg je met een hogere ISO-waarde lichtere beelden, maar levert dit meestal meer beeldruis op.
Met een korte sluitertijd zoals 1/1000 sec, wat betekent dat de sluiter slechts een milliseconde open blijft, kun je de beweging van een snelbewegend onderwerp bevriezen, zoals een motorrijder die snel rijdt. Een korte sluitertijd betekent echter dat er minder licht in de camera komt. Normaal gesproken vergroot je daarom het diafragma of verhoog je de ISO-waarde voor een goed belichte opname. Met een zeer lange sluitertijd, bijvoorbeeld 1 seconde, zou de bewegende motorrijder wazig worden.
1. Controle over de sluitertijd
De meeste EOS-camera's hebben een speciale scènestand voor 'Sport'. Hierdoor worden de juiste instellingen voor belichting en scherpstelling automatisch toegepast voor het fotograferen van bewegende onderwerpen. Dit levert geweldige resultaten op, maar voor creatiever werk moet je zelf de controle nemen. Stel dat je een bepaald effect wilt creëren of je wil aanpassen aan specifieke omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer je op afstand vanuit de hand een snel bewegend onderwerp wilt vastleggen.
Als je de sluitertijd zelf wil instellen, zet je de camera op Sluitertijdvoorkeuze (of Tv, dat staat voor Tijdwaarde). Je kunt de sluitertijd vervolgens handmatig instellen door aan het hoofdinstelwiel te draaien of door het touchscreen te gebruiken dat beschikbaar is op veel EOS-camera's, zoals de EOS R50 en de EOS R8. Je camera past het diafragma automatisch aan voor een standaardbelichting. Als je zelf de volledige controle wilt hebben, schakel je over naar de handmatige modus (M) en kun je elke gewenste combinatie van instellingen kiezen.
De kortste sluitertijd die beschikbaar is, varieert per model en is tevens afhankelijk van de sluitermodus die je selecteert, waarbij je een keuze kunt maken tussen een mechanische of elektronische sluiter. De mechanische sluiter op een Canon EOS-camera gaat doorgaans tot 1/4000 of 1/8000 seconde, terwijl de elektronische sluiter in geavanceerde EOS R System-modellen veel sneller kan zijn, tot 1/64.000 sec. in de EOS R3. De langste automatisch ingestelde sluitertijd is 30 seconden. Als je langere sluitertijden wilt, bijvoorbeeld voor het vastleggen van vuurwerk of fotografie van lichtstrepen, kun je de bulbmodus selecteren. In deze modus wordt de sluiter geopend wanneer je op de ontspanknop drukt en blijft deze geopend totdat je deze opnieuw indrukt.
2. Voorkom cameratrilling
Er zijn twee dingen waar je aan moet denken wanneer je de sluitertijd kiest. Als je opnamen maakt vanuit de hand, moet je bedenken of de sluitertijd snel genoeg is om onscherpte door beweging van de camera te voorkomen. Dit wordt ook wel 'cameratrilling' genoemd. Vervolgens moet je kijken hoe snel het vast te leggen onderwerp beweegt.
De sluitertijd die je nodig hebt om cameratrilling te voorkomen, is afhankelijk van een aantal dingen, waaronder hoe winderig het is en of je een lens of camera met ingebouwde beeldstabilisatie gebruikt. De brandpuntsafstand van de lens is echter de belangrijkste factor. Hoe meer je inzoomt, hoe duidelijker elke trilling zichtbaar wordt in je opname.
Een algemene regel om dit te voorkomen is het gebruik van een sluitertijd die gelijk is aan het omgekeerde van de effectieve brandpuntsafstand of sneller. Gebruik dus bij een 50mm-lens 1/50 seconden of sneller en bij een 200mm-lens 1/200 seconden of sneller. Je moet ook de snelheid van het onderwerp in de gaten houden. Lees verder voor de volgende tip.
3. Bewegende onderwerpen? Kies voor een korte sluitertijd
De benodigde sluitertijd om een bewegend onderwerp vast te leggen, is afhankelijk van de afstand tussen het onderwerp en de camera, de richting waarin het onderwerp beweegt en zijn snelheid. Meestal heb je een kortere sluitertijd nodig dan je denkt. Met een sluitertijd van 1/250 seconde bevries je een langzaam bewegend onderwerp, zoals iemand die loopt, maar je moet tot wel 1/1000 of zelfs 1/4000 seconde gaan voor scherpe opnamen van sneller bewegende onderwerpen zoals vliegende vogels en voorbij razende auto's. Houd er rekening mee dat je voor een correcte belichting de ISO-instelling moet verhogen als je kortere sluitertijden gebruikt, vooral als je sport en wildlife fotografeert.
Het nadeel van het bevriezen van de actie kan zijn dat de actie er niet meer zo actief uitziet. Foto's van bewegende onderwerpen zien er vaak dynamischer uit als het onderwerp scherp is, maar de achtergrond onscherp is. Voor dit effect moet je ervoor zorgen dat de sluitertijd lang genoeg is om een bepaalde onscherpte te bereiken. Beweeg de camera vervolgens mee met het onderwerp, op dezelfde snelheid als het onderwerp beweegt. Dit wordt pannen genoemd - meer informatie hierover vind je in Canon's handige gids over pannen.
4. Sluitertijden voor video's
Als je video's maakt, kun je een sluitertijd van ongeveer 1/2R instellen, waarbij R de framesnelheid is waarmee je de opnamen maakt. Als je bijvoorbeeld op de Canon EOS R10 opnamen maakt met 4K 60p, is de ideale sluitertijd ongeveer 1/125 seconde - iets meer dan het dubbele van de 60 fps waarmee de camera opnamen maakt. Dit voorkomt onscherpte door een te lange sluitertijd, maar voorkomt ook dat opnamen er haperig uitzien, zoals bij een kortere sluitertijd.
5. Gebruik een lange sluitertijd om beweging te vervagen
Je kunt een relatief lange belichting gebruiken - een lange sluitertijd, bijvoorbeeld langer dan een seconde - om een foto opzettelijk onscherp te maken of alleen de bewegende elementen in een verder scherpe scène onscherp te maken. Om te voorkomen dat de opname te lang wordt belicht, moet je echter een kleinere diafragma-instelling (hoger f-getal, bijvoorbeeld f/16 of f/22), lagere ISO-waarden of een ND-filter gebruiken. Zo beperk je de hoeveelheid licht die de camera binnenkomt. Je kunt nu de camera bewegen tijdens de belichting, waardoor de hele foto onscherp wordt, of een statief gebruiken om de camera stil te houden, zodat alleen de bewegende delen op de opname onscherp worden. Gebruik de laatste techniek om golven en stromend water in een landschap er zachter uit te laten zien of om bewegende voertuigen en groepen mensen in een stad te vervagen.
Gebruik de Bulb-modus bij belichtingen van langer dan 30 seconden. Blader door de sluitertijden om de Bulb-modus weer te geven. Op sommige Canon-camera's vind je de modus via de 'B'-instelling op het programmakeuzewiel en op andere camera's via 'M' (de handmatige modus). Het indrukken van de ontspanknop kan zorgen voor schokken en dus voor beweging. Daarom kan het handig zijn om een (wireless) afstandsbediening te gebruiken. Een andere optie is het gebruik van de Canon Camera Connect-app, waarmee je de camera op afstand bedient vanaf je smartphone.
Als je de sluitertijd begrijpt en weet hoe je deze instelt, haal je alles uit je camera en lens, zodat je elke keer weer prachtige foto's kunt maken.
Geschreven door Marcus Hawkins en Pete Wolinski
Gerelateerde producten
-
EOS R7
Ga de natuur in met een camera die sensationele snelheid en beeldkwaliteit biedt in een draagbare APS-C-body die is ontworpen voor de toekomst. -
EOS R8
Stap over op full-frame fotografie en video en realiseer je creatieve ambities. -
EOS R10
Zet je volgende stappen op het gebied van fotografie en videografie met een EOS R-systeemcamera die is gebouwd rond een APS-C-sensor. -
EOS R50
Maak met je duimen de beste content met deze EOS R-systeemcamera, van scherpe foto's tot 4K-video en live streams. Alles in één speciaal apparaat. -
EOS R100
Leg de mooiste herinneringen vast in uitmuntende kwaliteit met deze intuïtieve EOS R-camera die altijd klaar is voor gebruik. -
RF-S 18-45mm F4.5-6.3 IS STM
Een standaard APS-C-zoomlens voor de EOS R-serie die perfect is voor situaties in het dagelijks leven, zoals familiegelegenheden, lifestyle, portretten en vakanties. -
RF-S 18-150mm F3.5-6.3 IS STM
Een APS-C-zoomlens met een groothoek- tot telelens uit de EOS R-serie die perfect is voor reizen, wildlife, sport en lifestyle. -
RF 50mm F1.8 STM
Een compacte, stille en lichtgewicht 50mm RF prime lens met een groot f/1.8-diafragma, perfect om je creatieve visie vorm te geven. -
RF 100-400mm F5.6-8 IS USM
Een veelzijdige, compacte en lichte RF 100-400 mm zoom met 5,5-stops IS voor het vastleggen van wildlife en actie zonder het gewicht.